Ik had het me al zo lang voorgenomen, maar ik zette de stap niet. Af en toe mediteren, oké, dat lukte me wel, maar op een vast tijdstip iedere dag mediteren, daar zag ik toch erg tegen op.
Allerlei praktische bezwaren doken heel gemakkelijk op: geen goede meditatieplek, geen rustig moment, de kinderen die naar school moeten, te vroeg op moeten staan, wil ook wel eens uitslapen als dat dan kan. 

Misschien kwam het door het inspirerende boek Eten, bidden, beminnen van Elizabeth Gilbert, dat ik deze vakantie met veel plezier las. Ze beschrijft op een mooie lichte toon haar persoonlijke zoek-, ontdekkings- en ontwikkeltocht, waarin ze uitgebreid in gaat op het beoefenen van meditatie en yoga en haar eigen worsteling daarin (o.a. in een ashram in India en bij een leermeester op Bali). Het gaf mij het zetje om nu toch echt dagelijks te mediteren en me niet druk te maken om al die praktische zaken.

Ben bewust gestart in de week voordat de school weer begint, zodat ik me alleen hoef te focussen op hoe het is om dit te doen bij het begin van de dag. De begintijd zal ik volgende week wel moeten vervroegen, maar dat is nu alleen maar een aanpassing. Ook helpt, dat het nu (zomer) licht is als ik op sta en ga mediteren. De komende weken is het zaak om er een vanzelfsprekendheid van te maken.

De eerste meditaties doen me goed. Fascinerend dat het iedere ochtend weer een andere ervaring is: meer of minder gedachten die opkomen, makkelijker of moeilijker om ze los te laten en terug in het hier en nu te zijn. Deze dagelijkse oefening brengt me veel.